Klein en fijn, dat zijn deze kleine stadjes die we je hier voorstellen. Voordeel als je ze een bezoekje brengt, is dat je geen pijnlijke voeten krijgt van kilometers te wandelen. Nochtans ontbreekt het deze schattige plaatsjes niet aan charme! Denk aan kanaaltjes en water, kasseien, pittoreske architectuur en natuurlijk windmolens. Water is een steeds terugkomend thema in onze rij van de 10 beste kleine stadjes in Nederland.
10 Zierikzee
Michielverbeek /wikimedia
We beginnen direct goed met deze parel van Zeeland. Een stadje vol maritieme geschiedenis maar ook vandaag de dag nog een levendige plek. Op de kleine oppervlakte kan je wel 500 monumenten terugvinden. Tips: de 62 meter hoge Sint-Lievensmonstertoren of de ‘dikke toren’, de middeleeuwse stadstoegangen en het maritiem museum. Zierikzee is ook heel leuk omwille van zijn charmante jachthaven.
9. Doesburg
De vestingstad Doesburg was lange tijd het best beveiligde stadje van Nederland door zijn strategische ligging aan de IJssel. Ga dus zeker maar op zoek naar restanten daarvan in de gevels van de talloze oude huizen van het stadje. Er is een mosterdmuseum om te bezoeken, een azijnfabriek en een glasmuseum. Een toeristische trekpleister is ook de oude gereformeerde kerk, die langs de buitenkant weinig wegheeft van een kerk. Het stadhuis is een van de oudste publieke gebouwen van Nederland.
8. Appingedam
Vroeger een belangrijke handelspost, wegens directe toegang tot de zee, vandaag een alleraardigst klein stadje in de provincie Groningen in het Noorden van Nederland. Het historische centrum is vooral gekend zijn ‘hangende keukens’, dat zijn kleine gebouwtjes die uit de huizen stulpen en over het Damsterdiep kanaal hangen. Vroeger heel handig om allerlei troep snel kwijt te raken. Neem je fiets of wandel door de compacte historische stadskern met het stadhuis dat dateert uit 1630.
7. Oudewater
Onderwijsgek/wikimedia
De naam van dit stadje in de provincie Utrecht geeft al veel weg. Het werd gesticht in 1265, vandaag kan je nog middeleeuwse huizen aan de kanalen (Oudewater ligt dicht bij de monding van de IJssel) zien staan. Op de Heksenwaag werden vroeger vrouwen gewogen zodat ze konden bewijzen geen echte heks te zijn. Als je wil, kan je daar vandaag ook nog eens op de weegschaal staan.
6. Domburg
Populaire spot aan de Zeelandse kust, reeds bekend als retraite voor de rich and famous vanaf de 17e eeuw. Domburg was ook famous door de kunstenaars die er op regelmatige basis verbleven. Mondriaan en James Whistler bijvoorbeeld waren er graag geziene gasten. Bezoek vandaag het museum Marie Tak van Poortvliet in een bijzondere gebouw om wat meer inzichten op dat vlak te verkrijgen. Daarnaast is Domburg ook gewoon een hele fijne en levendige kustplaats, met mooie verblijfplaatsen, knappe winkels (die ook open zijn op zondag!) en een wit zandstrand (met kleurrijke cabines) waar je in de zomer voor je plaatsje moet drummen.
5. Harlingen
Dit pittoreske havenstadje in het puntje van het Noordelijke Friesland heeft het allemaal. Mooie middeleeuwse gebouwen, charmante straatjes met kasseien, grachtengordels, pakkende havenbeelden en oude pakhuizen. Vanuit Harlingen kan je ook de veerboot naar de Waddeneilanden nemen.
4. Naarden
Gesticht in 1300, vooral bekend door zijn bijzondere stervorm. Het is een van de best bewaarde vestingssteden van Europa. Je telt zes bastions, een dubbele omwalling en een dubbele grachtengordel. Gemakkelijk te bewandelen of te bezichtigen vanuit een boottochtje. In het bastion Turfpoort kan je het Nederlands Vestingsmuseum bezoeken. Hier kan je heel goed zien hoe het er in het verleden in zo een stad aan toe ging. Ook de Sint-Vituskerk is een bezoek waard. De grote gotische basiliek uit de 14e en 15e eeuw was niet alleen een kerk maar ook een belangrijk bedevaartsoord, door de relieken van Sint-Vitus die er aanwezig zijn.
3. Thorn
Gelegen in Limburg, dichtbij de Belgische grens. Torn werd gesticht in de 12e eeuw. Het staat bekend als het witte stadje door zijn witte huisjes in het centrum. In het dorp was een klooster voor de benedictinessen, de Abdij van Thorn. Later werd dat een klooster voor adellijke dames en nog later een vorstendom, het Adbijvorstendom Thorn. Die witte huisjes, een beschermd stadsgezicht trouwens, kreeg Thorn toen de Fransen extra belastingen oplegden aan de bevolking op basis van het aantal ramen. De bewoners metsten hun ramen dicht, en kalkten hun huisjes wit. Een interessant bezoek is dat aan de gotische Sint-Michaëlskerk, die vroeger bij de Rijksabdij hoorde. Het stadje is geliefd bij toeristen maar ook bij kunstenaars.
2. Volendam
Een van de meest typische en charmante kleine visserij stadjes van Nederland. Staat op bijna elke postkaart die je van Nederland kunt vinden. Denk aan typische historische klederdracht en traditionele vissersboten. In september kan je er naar de beroemde kermis. In juni loopt het in Volendam vol inwoners in traditionele kledij en ze tonen hun oude ambachten zoals visrokerij. De vele kroegen barsten dan bijna uit hun voegen.
1. Giethoorn
Waarom zou je naar Venetië gaan, als je dichterbij huis Giethoorn, in de kop van Overijssel, hebt? Een stadje met 90 kilometer kanalen en bruggetjes, huizen die je alleen per boot kunt bereiken en die dikwijls op een soort eilandjes zijn gebouwd en de supercharme van rieten daken. Typische aan Giethoorn: de bultrugboerderij: een boerderij die een bult lijkt te hebben doordat de schuur hoger is dan het woonhuis. Stap in een begeleid boottochtje of doe-het-zelf en huur een boot en reis door Giethoorn.