Lanzarote is anders dan de andere Canarische Eilanden. Dankzij kunstenaar César Manrique is er geen hoogbouw en zijn alle huisjes wit met groen of blauw.
Het landschap is buitenaards: honderden vulkanen, zwarte lavavelden en felgroene wijnranken. Hier waan je je soms echt op Mars. Dit zijn de 10 plekken die je niet mag missen.
10. Teguise (De oude hoofdstad)

Tot 1852 was dit de hoofdstad van het eiland. Teguise is prachtig bewaard gebleven met zijn smalle straatjes, pleinen en koloniale gebouwen.
Op zondagochtend stroomt het dorp vol voor de grootste markt van het eiland. Wil je liever de authentieke sfeer proeven zonder de mensenmassa? Kom dan op een doordeweekse dag en dwaal in alle rust door de steegjes.
9. Los Hervideros (De kokende zee)

Aan de ruige zuidwestkust zie je de kracht van de natuur. Bij Los Hervideros (‘De kookpotten’) beuken de golven met geweld op de grillige lavakust.
Het zeewater wordt door gaten en grotten in de rotsen omhoog geperst, wat lijkt op kokend water. Je kunt via wandelpaden en balkons heel dichtbij komen. Vooral bij vloed en harde wind is het spektakel indrukwekkend.
8. Playas de Papagayo

In het uiterste zuiden vind je de mooiste stranden van het eiland. De Papagayo-stranden liggen in een beschermd natuurgebied en zijn beroemd om hun goudgele zand en turquoise water.
Je komt er via een onverharde weg (waarvoor je een paar euro tol betaalt) of met de watertaxi vanuit Playa Blanca. Er zijn nauwelijks voorzieningen, behalve een paar restaurantjes bovenop de klif. Puur natuur!
7. La Geria (Wijngebied)

Wijn verbouwen op een vulkaaneiland? Dat kan! In La Geria hebben de boeren een unieke methode bedacht.
Ze graven kuilen in de zwarte lavagruis (‘picón’) en beschermen elke wijnrank met een halfrond muurtje tegen de wind. Het resultaat is een landschap dat lijkt op een kunstwerk. Stop bij een van de vele bodega’s langs de weg om de lokale Malvasia-wijn te proeven.
6. Fundación César Manrique

César Manrique is de held van Lanzarote. Hij zorgde ervoor dat het eiland zijn authentieke karakter behield. Zijn voormalige woonhuis in Tahíche is nu een museum.
Het huis is gebouwd in een lavastroom. De kamers beneden bevinden zich in natuurlijke luchtbellen in de lava. Het is een perfect voorbeeld van hoe architectuur en natuur samen kunnen smelten. Een absolute must-see.
5. El Golfo & Lago Verde

Bij het vissersdorpje El Golfo vind je een bijzonder natuurfenomeen: een felgroen meer (Lago Verde) dat direct aan het zwarte strand ligt. De groene kleur komt door algen en steekt prachtig af tegen het zwarte zand en de rode rotsen.
Het meer is eigenlijk een oude vulkaankrater die voor de helft in zee is gezakt. Na het kijken kun je in El Golfo heerlijk verse vis eten met uitzicht op zee.
4. Mirador del Río

Helemaal in het noorden, bovenop een 475 meter hoge klif, bouwde Manrique dit uitkijkpunt. Het gebouw is nauwelijks zichtbaar van buitenaf omdat het is bedekt met lavastenen.
Binnen heb je door de enorme panoramaramen een waanzinnig uitzicht op het buureiland La Graciosa. Het is misschien wel het mooiste café ter wereld.
3. Cueva de los Verdes & Jameos del Agua

Onder het noorden van Lanzarote loopt een kilometerslange lavatunnel. Je kunt deze op twee plekken bezoeken.
In de Cueva de los Verdes maak je een rondleiding door de prachtig verlichte grotten (met een verrassend geheim op het eind!). Een stukje verderop ligt Jameos del Agua: hier heeft Manrique een ondergronds meer, een restaurant en een zwembad in de grot gebouwd. In het meer leven unieke blinde albino-kreeftjes.
2. Jardín de Cactus

Manrique’s laatste grote werk is deze cactustuin in Guatiza. In een oude steengroeve, beschut tegen de wind, groeien meer dan 1000 soorten cactussen van over de hele wereld.
Het contrast tussen de groene planten, de zwarte aarde en de blauwe lucht is fotogeniek. Boven de tuin troont een oude gofio-molen die je kunt beklimmen voor een overzichtsfoto.
1. Nationaal Park Timanfaya

Dit is de absolute nummer 1. In de 18e eeuw vonden hier enorme vulkaanuitbarstingen plaats die een kwart van het eiland bedolven. Het resultaat is de ‘Montañas del Fuego’ (Vuurbergen).
Je mag het kwetsbare park niet met je eigen auto in, maar stapt over op een bus die je langs de kraters en lavavelden rijdt. Bij het restaurant El Diablo wordt het eten gegrild boven de hitte van de vulkaan en gooien gidsen water in gaten in de grond om te laten zien hoe heet het nog steeds is (spoiler: er ontstaat direct een geiser!).